Door Rieny van Beek
Het is bij ons een goede gewoonte om elkaar bij de jaarwisseling een gelukkig nieuwjaar te wensen. De Germanen wensten elkaar heil toe, de Christenen voegden daar zegen aan toe, zodat een oude wens was: Veel heil en zegen in het nieuwe jaar.
Een hoefijzer met de open kant naar boven brengt geluk, maar hang het niet ondersteboven, want dan loopt het geluk eruit. Een dobbelsteen die zes gooit, betekent geluk hebben.
“Scherven brengen geluk”, is een bekend Nederlands spreekwoord. In Brabant was het de gewoonte dat de buurvrouwen het huis van een aanstaand bruidspaar schoonmaakten. Als dank daarvoor werden ze na de bruiloft een avond uitgenodigd. Als de koffie op was sloegen ze de kommetjes, die ze zelf meegebracht hadden, tegen elkaar stuk als teken van geluk. In Friesland was het ingooien van ruiten een teken van geluk. Dit werd bij het ouderlijk huis van de bruid gedaan. Daarom zei men tegen de vader van een pasgeboren dochter: “Dat zal je glazen kosten”. In Engeland zegt het volksgeloof dat een bruid die op haar weg een schoorsteenveger tegenkomt, veel geluk zal hebben.
De klaver vier wordt nog altijd gezocht, omdat hij geluk brengt en de bezitter beschermt tegen ongeluk. Als een jongen een klavertje vier aan een meisje geeft zegt hij daarmee: Wees de mijne. Lelietjes van Dalen treffen we vaak aan in bruidsboeketten. Men geloofde vroeger dat ze onheilbrengende geesten konden afweren. Het lelietje van Dalen betekent: Het geluk keert weer. Altijd groene takken brengen geluk en gezondheid. Door een slag met de levensroede hoopten jonge vrouwen de kinderzegen te krijgen. Volgens het oude volksgeloof brengt het geluk, wanneer men bij het dopen een meisje op de linkerarm legt en een jongen op de rechterarm. Bovendien moet het kind schreien als het gedoopt wordt. Een kind met de helm geboren is een gelukskind, het kan in de toekomst kijken en zieken genezen.
De Japanners versieren op nieuwjaarsdag hun deuren met pruimen-, dennen- en bamboetakken als symbool voor een lang en gelukkig leven. Ook zetten ze als offer drie op elkaar geplaatste rijsttaarten in de tokonoma, met papierslingers, bladeren en mandarijntjes versierd. Dit offer brengt geluk. De kinderen krijgen bij het nieuwjaarswensen geld, wat ze in een papieren gelukszakje doen, Het dragen van kammen in het haar brengt de Japanse vrouw geluk. De kraanvogel is een algemeen Japans symbool en betekent geluk.
Er zijn bloemen en planten met een gelukbrengende betekenis. De Stefanotis is een geluksbloem. De Bruidsroos is een symbool voor gelukkige liefde. De Narcis betekent geluk voor de Chinees. De paddestoel is een gelukssymbool. Hulst is gelukaanbrengend. Volgens een Engelse kalender uit 1866 is Hulst de bloem van de maand december. De Bijvoet brengt geluk. Het Vlijtig Liesje betekent gelukzaligheld. Het reukgras zegt: arm, maar gelukkig. Het gele Viooltje betekent landelijk geluk.
In veel landen worden voor de Pasen de eieren rood gekleurd. Effen rode eieren zijn een teken van geluk, vreugde en liefde. In Perzië heette het nieuwjaars feest, dat in de lente gevierd werd, het feest van het rode ei.
Er zijn ook dieren die geluk brengen. De zwaluw, koekoek en ooievaar zijn geluksvogels. Het huis waar een zwaluw nestelt is een gelukkig huis, de bliksem zal er nooit inslaan. Waar een zwaluw aan de stal nestelt, daar sterven de kalveren niet, zegt de Veluwse boer. Een ander gezegde is: Zwaluwen op het dak, guldens in de zak. De ooievaar is het symbool voor heil en kinderzegen. Wie een ooievaar neerschiet heeft geen voorspoed te verwachten. In Overijssel zegt men: “Waar een ooievaar zijn nest bouwt, daar zal geen kraamvrouw sterven.”
In Schotland gelooft men dat iemand, die de koekoek hoort roepen tijdens een wandeling, veel geluk te wachten staat. In Wales hangt het er van af waar men staat. Staat men op gras of bladeren, dan brengt de koekoek geluk. Staat men op een kale plek, dan krijgt men ongeluk. Een varkentje is een gelukssymbool. Het onze-lieve-heersbeestje brengt geluk en mooi weer. Een duif bij de hoorn des overvloeds is een Romeins symbool voor geluk. Een zwaan brengt huwelijksgeluk; het is het dier der minne dat Venus en Amor vergezelt.
Bij spinnen hangt het er van af wanneer men ze ziet, want: “Een spin in de morgen, brengt kommer en zorgen. Maar “de avondspin brengt geluk en zegen in.”
Gelezen:
De bezem en de meitak, door Ben Janssen.
Dieren in het volksgeloof, uit Volksgeloof en bijgeloof, door Dr. P.J. Meertens.
De taal der bloemen, Kate Greenaway.
Knipsels:
1. Liesbeth Veldhuysen, 8 x 10 cm.
2. Rieny van Beek, 27.5 x 16.5 cm.
3. Duri Mantel.
Betekenis van de symboliek in het tweede knipsel: De twee harten zijn het symbool van de liefde. De viooltjes betekenen trouw. De duiven symboliseren vrede. De lelietjes van dalen spreken van geluk. De tulp is een symbool voor gebed. De campanulaklokjes betekenen dankbaarheid.
Dit artikel is eerder gepubliceerd in Knip-Pers 1991-4