Nu …. en dan
Nu is hier alles nog zwart:
oorlog en honger en dood,
ziekten, gebrek, hongersnood,
pijn in je lichaam, je hart.
Nu is hier alles nog rood:
haat en verdwazing en bloed,
vuur, dat verterende woedt,
seinlicht, dat staat op de dood.
Zwarter dan ‘t donkerste zwart
was Christus’ lijden en dood,
‘t Bloed, dat ons reinigt, is rood,
Rood is het vuur van Gods hart
Daarom wordt alles eens wit:
zonlicht op alles wat leeft,
bruidskleed, dat God voor ons weeft,
hemel neemt aarde in bezit!
Uit: Een boom in de wind, Nel Benschop
Christelijke kleurensymboliek
In de christelijke traditie spelen kleuren een belangrijke rol. Omstreeks 1200 werden door paus Innocentius III de kleuren vastgelegd voor de kerkelijke feestdagen en gewaden van de priesters. In de Missale Romanum uit 1570 zijn deze bepalingen uitgewerkt. Door de de betekenis van de kleuren te kennen, was het voor de gelovigen gemakkelijker om Jezus, Maria en sommige heiligen te herkennen Ook konden begrippen als liefde, lijden of heiligheid beter worden uitgedrukt. Kleur hielp om afbeeldingen op muurschilderingen, schilderijen, gebrandschilderde ramen, iconen of mozaïeken beter te begrijpen. In de katholieke kerken worden deze kleuren algemeen gebruikt, bij protestantse kerken zijn ze aanbevolen. De oosterse kerken gebruiken deze liturgische kleuren niet. Bij het maken van een knipsel in kleur voor een liturgie of een bijzondere dag Kan met de betekenis van de kleuren rekening worden gehouden
Betekenis van de kleuren
Wit is de kleur van het feest, de vreugde, de waarheid en de reinheid Het is de kleur van de ongerepte en zuivere sneeuw, de kleur van witgewassen gewaden De Heilige Geest wordt als een witte duif voorgesteld. Religieuzen dragen vaak een wit onderkleed. De albe van priester is een wit miskleed of koorhemd, dat hij onder zijn kazuifel in de te liturgisch voorgeschreven kleur draagt. De witte toga van de Paus symboliseert de hemelse heerlijkheid. In de eerste eeuwen van het christendom werden volwassenen, die tot het geloof gekomen waren in de Paasnacht gedoopt Zij droegen dan een wit kleed, dat de zondag na Pasen werd afgelegd. Het is de kleur voor grote feesten zoals Kerstmis, Epifanie (de verschijning van de Heer), Pasen en Paastijd en Hemelvaart. Wit wordt ook gebruikt bij het huwelijk, feestdagen van heiligen en de doop Het water van de doop is een beeld van reiniging en leven. Soms is Wit de kleur bij een uitvaart.
Zilver betekent reinheid en zuiverheid en kan wit vervangen.
Geel is de kleur van de zon en verwijst naar licht, luister en glorie. In Portugal wordt in plaats van wit vaak geel gebruikt bij kerkelijke feesten. Maar ook Judas wordt met de gele kleur afgebeeld, het betekent dan afgunst en verraad.
Goud is de kleur van goddelijkheid en rijkdom, symbool voor het hemelse licht en voor de volmaaktheid. Heiligen hebben op afbeeldingen vaak een goudkleurige stralenkrans, aureool of nimbus rond hun hoofd. Ikonen hebben vaak een gouden achtergrond.
Rood is de kleur van het vuur en ver wijst naar.de brandende liefde en de Heilige Geest. Als kleur van de Geest wordt rood gebruikt op het Pinksterfeest maar ook bij gelegenheden waarbij de Geest een belangrijke plaats inneemt, zoals het vormsel, het doen van belijdenis en de bevestiging van ambtsdragers. Bij een huwelijksinzegening verwijst de kleur naar de liefde. Rood is ook de kleur van het offerbloed van Christus en de martelaren en wijst zo op het lijden en op de liefde, die zichzelf offert, daarom is rood ook een goede kleur voor Palmzondag, Goede Vrijdag en de dagen waarop martelaren herdacht worden. Rood is ook de kleur van duivel en hel. Op afbeeldingen van de opgestane Heer komt rood voor als teken van de zegevierende liefde van God en Christus.
Groen is de kleur van de natuur, van het nieuwe blad in de lente en van het jonge gras. Het betekent dan ook hoop, groei, leven en toekomst. In de bijbel wordt God vergeleken met een altijd groene cypres, een gezalfde wordt een groene olijfboom genoemd. Wanneer het kruis groen wordt afgebeeld verwijst het naar de opstanding en nieuw leven. De zondagen, die buiten de advent, Kersttijd, veertigdagentijd, Paastijd en Pïnksteren vallen hebben de liturgische kleur groen, het zijn 33 of 34 zondagen.
Blauw is de kleur van de hemel en bete kent daarom goddelijkheid en oneindigheid. Jezus wordt vaak in een blauw gewaad afgebeeld. Blauw is een echte Maria kleur en verwijst naar onschuld. Samen met wit is blauw de kleur voor de Mariafeesten. Blauw is ook de kleur van de trouw.
Paars is de kleur van rouw, boete en ingetogenheid en daarom in gebruik gedurende de tijd voor Kerstmis: de adventstijd, en de tijd voor Pasen: de veertigdagentijd of lijdenstijd. Soms wordt paars gebruikt bij een begrafenis.
Roze betekent het licht dat doorbreekt, het is de liturgische kleur op de derde zondag van advent en de vierde zondag van de veertigdagentijd. Op deze zondagen breekt het licht van het komende feest door en verandert het paars in roze.
Purper is de kleur van de mantels van de koningen in de bijbel en van pausen en bisschoppen. Het betekent gezag en koninklijkheid. Het was een kostbare kleur, die vroeger bereid werd uit een kleurstof afkomstig van purperslakken. Volgens het boek Exodus, moesten de Joden stof van deze kleur gebruiken bij de vervaardiging van priestergewaden en de aankleding van de tabernakel.
Bruin is de kleur van de aarde, de herfst en de droefenis, en betekent ar moede en nederigheid. De broeders en zusters van Franciscus en Clara van Assissi dragen vaak bruine habijten.
Grijs is een kleur, die door veel religieuzen gedragen wordt en betekent wereldverzaking.
Zwart is de kleur van de duisternis, de diepste rouw en wereldverzaking. Veel religieuzen dragen een zwart bovenkleed als teken van wereldverzaking en nederigheid. Zwart wordt soms als liturgische kleur gebruikt op Goede Vrijdag. Het zwart van de rouw en boete belooft de komende opstanding en wordt van grijs tot wit Zwart is ook de kleur van een begrafenis.
Kleurensymboliek in de volkscultuur
De volksmond heeft zijn eigen kleurensymboliek:
Groen is de kleur van de hoop, maar er is ook gifgroen.
Blauw betekent trouw, maar het is ook een koele kleur.
Helder geel is het symbool van afgunst, jaloezie en nijd en is afgeleid van ‘gele gal’.
Goudgeel heeft de gloed van wijsheid.
Rood is de kleur van de liefde, wat vooral tot uitdrukking ;komt in rode rozen. Rood is ook de kleur van de woede, ‘rood aanlopen’, en gevaar.
Wit is de kleur van de onschuld, maar ook spoken zijn wit: ‘witte wieven’.
Zwart is de kleur van de dood en het onheil, pas op voor ongeluk als een zwarte kat je weg kruist.
Kleurensymboliek in de heraldiek
De kleuren in de wapenkunde hangen samen met de planeten. In 1688 beschreef Böckler de volgende betekenissen van de kleuren:
Geel en Goud staan voor de zon, en de betekenis is deugd, verstand., aanzien en hoogheid.
Wit en Zilver staan voor de maan en zij wijzen naar reinheid, onschuld en vreugde.
Rood en IJzer zijn voor Mars,, zij betekenen brandende begeerte en een godvrezend hart dat bereid s voor het Woord van God zijn bloed te vergieten.
Blauw en Tin staan voor Jupiter en de betekenis is standvastigheid, trouw, wetenschap en innige devotie tot God, Zwart en Lood zijn voor Saturnus, zij betekenen treurigheid, deemoed, ongeluk en gevaar.
Groen en Koper taan Venus, de betekenis is vrijheid, schoonheid, vrolijkheid, gezondheid, hoop en mildheid.
Purper en Violet zijn koninklijke kleuren.
Oranje wijst naar onbestendigheid en eigen roem.
Gelezen:
Symbolische bloemsierkunst, Ad van Uffelen
Prisma van de symbolen, Hans Biedermann.
Illustraties:
1. Geloof, hoop en liefde
Het kruis is een symbool voor het geloof. De hoop is een anker, veilig en vast. De liefde tot God komt uit ons hart. De korenaren en druiven trossen verwijzen naar brood en wijn van het Heilig Avondmaal.
2. Bevestiging van een ambtsdrager
De driehoekige vorm verwijst naar de drie-enige God. De bijbel, het woord van God staat centraal. De klokjes bloemen verwijzen naar het geroepen worden tot het ambt. De tulpen, die met hun open hart naar de hemel staan zijn een symbool voor het gebed.
3. Belijdenis
De belijdenis is een bevestiging in het geloof, daarbij staat de bijbel centraal. Om de bijbel goed te kunnen begrijpen is verlichting door de Heilige Geest nodig. Het sacrament van het Heilig Avondmaal versterkt het geloof.
4. Bijbellezing
Om de bijbel te kunnen begrijpen bid den we om verlichting met de Heilige Geest, zodat Gods Woord een lamp voor onze voet en een licht op ons ad wordt De neerdalende duif is het symbool voor de Heilige Geest. De tulp betekent gebed.
5. Doop
Er wordt gedoopt in de naam van de Vader, de Zoon en de Heilige Geest. Bij de doop wordt de naam van de dopeling verbonden met de naam van de drie-enige God. De drie-eenheid is uitgebeeld door het driekleurig viooltje. Het water van de doop verwijst naar reiniging en nieuw leven.
Door Rieny van Beek
Dit artikel verscheen eerder in de Knip-Pers 1994-4